Heilige-Antonius-van-Paduakerk Kranenburg

 

Voor de Tweede Wereldoorlog worden vier klokken vermeld, waaronder vermoedelijk een Angelus- of consecratieklokje dat in de dakruiter zal hebben gehangen. De klokken zijn in januari en februari 1943 uit de toren gehaald, afgevoerd naar Hamburg en omgesmolten ten behoeve van de oorlogsindustrie. De twee grootste klokken met de namen Maria en Martinus waren in 1865 gegoten door A.H. van Bergen. De grote klok was voorzien van figuurreliëfs van Christus aan het kruis met de verschillende Mariafiguren uit het Nieuwe Testament en een aparte Maria met twee handen naar haar hart wijzend. Vermoedelijk is een deel van eerstgenoemde in 1949 op de nieuwe klok overgenomen. De andere twee nieuwe klokken kregen eigentijdse namen. De kleine klok is daarvoor vermoedelijk ingeleverd, aangezien zij niet meer aanwezig is, de vieringtoren is leeg.

Opschriften en versieringen
Klok 1 op de voorkant van de de flank: VIVos VoCo VItafUnCtos pLango. Laetantes eXCIto. / sanCtae trInItat / LaetI nUntIant trInItatI LaUDes / eXhostIs barbarIe LIberatI IntegrI / antonIo JosephoqUe patronIs gratIas Cano / sonItU hUC reVersa. Dit opschrift betreft een chronogram met kleine en grote kapitalen. Het chronogram leidt tot het jaartal 1945, het jaar van de bevrijding.
Op de achterkant van de flank staan drie figuurreliëfs naast elkaar: Johannes, Maria en Jezus aan het kruis. Op de faussure staat: PETIT ET FRITSEN ME FUDERUNT
Klok 2 op de voorkant in de tekstband: + MIJN NAAM IS THEODORA + En op de achterkant staat: + A. D. 1949 + Op de voorkant van de faussure staat: PETIT ET FRITSEN ME FUDERUNT En op de achterkant: 364
Klok 3 in de tekstband op de voorkant: + MIJN NAAM IS ALICE + En op de achterkant: + A. D. 1949 +
Op de voorkant van de faussure staat: PETIT ET FRITSEN ME FUDERUNT En op de achterkant: 375

Klankanalyse op 9 maart 2024: elektronisch op a1 = 440 Hz, afwijkingen in cents